Als antwoord op de moeilijke toegang tot huisvesting in Brussel, de precaire situatie van onze begunstigden en het belang van een woning voor een duurzame herintegratie startte vzw Rizome-Bxl in december 2016 met de steun van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest een project op voor hulp en begeleiding bij het vinden van een nieuwe woning voor mensen die uit de gevangenis komen.
Onze sociale dienst is er al lang van overtuigd dat, na een min of meer lange periode afwezigheid uit het maatschappelijke leven, huisvesting een onmisbare hefboom is om de zelfstandigheid en het burgerschap terug te winnen. We hebben vastgesteld dat de maatschappelijk werkers van de verschillende diensten die belast zijn met hulp aan gedetineerden of ex-gedetineerden, niet over de nodige middelen beschikken met betrekking tot huisvesting in de Brusselse context.
Tot in 2017 onderzochten en deelden de sectoren voor hulp aan rechtzoekenden en daklozen de factoren voor een geslaagde overgang bij het verlaten van de gevangenis, met de hulp van het CAAP, Concertation des Associations Actives en Prison (Franstalig netwerk).
5 jaar onderzoek en actie door het huisvestingsteam van Rizome-Bxl
- 2017: Proefproject van 3 jaar met de creatie van een gemeenschappelijke transitwoning in Vorst voor 4 mannen die uit de gevangenis kwamen
- 2019: Creatie van een gemeenschappelijke transitwoning voor vrouwen in precaire situaties, met 2 kamers voorbehouden aan ex-gedetineerden
- 2020: Creatie van individuele transitwoningen om de trajecten bij het verlaten van de gevangenis te diversifiëren en te individualiseren
Tot in 2021 begeleidden we 83 mensen bij het vinden van een nieuwe woning met tijdelijke en langdurige oplossingen, in samenwerking met diverse partners, waaronder: sociale vastgoedkantoren (SVK), openbare vastgoedmaatschappijen (OVM), de Grondregie, OCMW, vzw Bru4Home) of in enkele gevallen op de private huurmarkt.
Doelpubliek en vaststellingen
We hielpen gedetineerden en ex-gedetineerden een woning vinden in dezelfde lijn als onze sociale dienst, i.e. met een lage toegangsdrempel, een van de basisprincipes van onze vzw. Al bij de eerste begeleidingen werd het team geconfronteerd met de hulpbehoevendheid en kwetsbaarheid van de begunstigden bij het verlaten van de gevangenis, maar ook met een stijgende en moeilijk te beheren vraag. De sociale en medische realiteit van pas vrijgekomen mensen is alarmerend (gebrek aan inkomen, invrijheidstelling van de een op de andere dag, geen identiteitskaart, geen toegang tot medische behandeling, weinig voorbereiding op de invrijheidstelling, onbeschikbaarheid van de hulpverleningsdiensten, psychologische ontreddering, medische invaliditeit, verlies van woning, overlijden enz.). Datzelfde geldt ook voor de toegang tot huisvesting (gebrek aan reactievermogen van de OCMW’s, geen toegang tot de private woningmarkt, complexiteit van de hulp bij huisvesting, verzadiging van de wachtlijsten voor sociale woningen enz.).
Als tweedelijnsdienst en gezien de grote vraag hebben we ervoor gekozen om de hulpverlening aan bepaalde voorwaarden te koppelen en de begeleiding tot een bepaald doelpubliek te beperken. Om de onzekerheid waarmee de invrijheidstelling gepaard gaat zo veel mogelijk te beperken en betere woonomstandigheden voor te bereiden, definieerden we een aantal selectiecriteria en de doelstellingen in de periode van hechtenis. Meer info vindt u onder ‘Onze methode’ of ‘Een kandidatuur indienen’.
Een nieuw alternatief bij het verlaten van de gevangenis
De vzw heeft haar regeling geleidelijk aan toegespitst op de creatie van transitwoningen voor de overgangsfase na de invrijheidstelling, met woningen die al uitgerust zijn en zich in een voor het begeleidingsteam vertrouwde omgeving bevinden (OCMW, gemeentebestuur, wijkgezondheidscentrum, lokale politie, technische aspecten van de huisvesting, lokale verenigingen enz.). Zo verliezen we minder tijd aan de logistieke aspecten van de huisvesting en kunnen we meer aandacht besteden aan de begeleiding van de huurders met betrekking tot hun sociale rechten. De transitwoningen bieden de mensen de kans om geleidelijk de overstap te maken van het leven in de gevangenis naar zelfstandig wonen (maximum 18 maanden), en ondertussen op zoek te gaan naar een woning die aangepast is aan hun persoonlijke, familiale, sociale, financiële, gerechtelijke en medische situatie.
De regeling heeft het belang van haar bestaan voor de sector van justitieel welzijnswerk bewezen, zeker in het licht van de stijgende gevangenisbevolking en de huisvestingscrisis in Brussel. Ze leunt nauwer aan bij een op preventie en re-integratie toegespitst beleid door op het ogenblik van de invrijheidstelling een bijkomend alternatief te bieden voor zelfstandige mensen die verzwakt zijn door de hechtenis en/of over minder eigen middelen beschikken.